Wat is astma?
Astma is een longziekte waarbij je luchtwegen voortdurend ontstoken zijn.
Door deze ontsteking gaat het slijmvlies aan de binnenkant van de luchtpijptakken zwellen en gaan de spieren rond de luchtpijptakken samentrekken. Hierdoor kan er minder lucht doorheen je longen en gaat het ademen moeilijker. Tijdens een astma-aanval treedt een plotse verslechtering op. De typische verschijnselen zijn hoest, een piepende ademhaling en/of kortademigheid.
Op lange termijn leidt de ontsteking tot een blijvende beschadiging van je luchtwegen. De ernst van astma is verschillend van patiënt tot patiënt. Sommigen hebben slechts zelden klachten; bij anderen kan astma de dagelijkse activiteiten beperken.
Kan je astma behandelen?
Astma is meestal goed te behandelen. Geneesmiddelen kunnen de aandoening echter niet genezen. Met een juiste behandeling kan je de ziekte wel onder controle houden en de klachten verminderen.
Om de klachten te verhelpen zijn er twee soorten geneesmiddelen:
- middelen die de luchtwegen openen (luchtwegverwijders)
- middelen die de ontsteking in de luchtwegen remmen (ontstekingsremmers).
Je dokter kan de behandeling stap voor stap opbouwen. De juiste behandeling is immers afhankelijk van de ernst van de astma.
Wat zijn inhalatiecorticosteroïden?
Inhalatiecorticosteroïden zijn ontstekingsremmers die je moet inademen.
Bij dagelijks gebruik verminderen ze de zwelling van het slijmvlies en zorgen ze ervoor dat de spiertjes rond de luchtwegen minder samentrekken. Inhalatiecorticosteroïden maken je dus minder kortademig.
​
Omdat ze de ontsteking tegengaan zorgen ze er ook voor dat er op lange termijn minder longbeschadiging optreedt.
Een inhalatiecorticosteroïd moet je dagelijks gebruiken. Het duurt immers enkele dagen vooraleer het geneesmiddel effect heeft.
Het maximale effect laat zelfs enkele weken op zich wachten. Als je dit middel enkele maanden met succes gebruikt, kan je arts je voorstellen om de dosis te verlagen.
Inhaleren moet je leren
Inhalatiecorticosteroïden moet je inademen via een inhalator.
Zo komt het geneesmiddel direct in de longen terecht, werkt het sneller en veroorzaakt het minder bijwerkingen.
​
Inhaleren lijkt gemakkelijker dan het is. Er zijn verschillende soorten inhalatoren en elke inhalator heeft zijn eigen gebruiksaanwijzing. Alleen als je juist inhaleert, komt er voldoende geneesmiddel in je longen terecht. Je dokter, verpleegkundige en/of apotheker kunnen je de juiste techniek aanleren.
​
Bijwerkingen
Inhalatiecorticosteroïden veroorzaken nauwelijks nevenwerkingen.
Door het gebruik van een inhalator komt het geneesmiddel immers rechtstreeks in de longen, de enige plek waar het nodig is.
Op die manier heb je maar een lagere dosis nodig dan wanneer je het als een tablet om in te slikken zou moeten nemen.
​
Een mogelijke nevenwerking is een schimmelinfectie in de mond of in de keel. Ook heesheid en keelpijn kunnen voorkomen.
Je kan deze bijwerkingen in veel gevallen voorkomen door na het inhaleren de mond goed te spoelen en het spoelwater uit te spuwen. Zo blijft er geen geneesmiddel in je mond en keel achter.
Raadpleeg je dokter of apotheker:
- als je klachten toenemen.
- als je sneller buiten adem bent.
- als je het gevoel hebt dat de geneesmiddelen minder goed werken.
- als je een geneesmiddel vaker gebruikt dan je met de dokter hebt afgesproken.
- als je last hebt van bijwerkingen.
​
NIET-MEDICAMENTEUZE MAATREGELEN
Astma voorkomen?
De luchtwegen van iedereen kunnen geprikkeld worden door bijvoorbeeld rook en stof.
Mensen met astma hebben echter luchtwegen die extra prikkelbaar of overgevoelig zijn.
Allerlei prikkels kunnen hun luchtwegen irriteren, waardoor ze gaan hoesten of het benauwd krijgen.
Bovendien reageren astmapatiënten verschillend op die prikkels:
sommige patiënten reageren op de ene prikkel niet en op de andere juist heel sterk.
Allerlei factoren, zoals het weer of de seizoenen, kunnen de overgevoelige reactie beïnvloeden.
We kunnen deze prikkels onderverdelen in allergische en niet-allergische prikkels.
Allergische prikkels
Vaak, maar niet altijd, is astma te wijten aan allergie. Hierbij reageert onze eigen afweer op vrij onschuldige stoffen uit onze omgeving. Belangrijke allergische prikkels of allergenen zijn huisstofmijt, gras- en boompollen, huidschilfers van huisdieren en sporen van schimmels. Indien je hiervoor gevoelig aan bent, is het uiteraard belangrijk om deze allergenen in de mate van het mogelijke te vermijden.
Ben je allergisch voor huisstofmijt?
De huisstofmijt houdt van een warme en vochtige omgeving en voedt zich met huidschilfers van mensen en dieren.
Ze vertoeft graag in matrassen, kussens, gestoffeerd meubilair, tapijt en op beschimmelde muren. Het is vaak een onmogelijke opdracht om huisstofmijt volledig uit het huis te weren, maar met de volgende tips kan je haar toch het leven zuur maken:
* Ventileer de woning dagelijks en houdt ze stofvrij.
* Kies voor een glad vloeroppervlak dat je makkelijk kan reinigen. Vermijd tapijt, zeker in de slaapkamer. Verwijder ook andere voorwerpen die stof aantrekken (kledij, knuffels, boeken en planten) uit de slaapkamer.
* Het schoonmaken in de slaapkamer doe je met een dweil en niet met een stofzuiger, tenzij die voorzien is van een speciale HEPA filter. Neem ook regelmatig stof af met een vochtige doek.
* Kies in de mate van het mogelijke voor synthetische matrassen, lakens, dekens en gordijnen.
* Maak het bed niet op, laat het liever luchten. Was je beddengoed tenminste eenmaal per twee weken, gedurende minimaal één uur op 60 °C.
* Leg zacht (pluche) speelgoed om de drie maanden 24 uur in de diepvriezer en reinig het speelgoed nadien met de stofzuiger. * Vermijd huisdieren.
* Je kan ook het gebruik van allergeenwerende hoezen voor matras, kussen en dekbed overwegen, maar weet dat ze enkel zinvol zijn als onderdeel van een totaalpakket aan maatregelen om de Huisstofmijt te bestrijden.
Bij een allergie voor huisdieren is het wegdoen van het dier de meest efficiënte maatregel. Het dier korte tijd uit huis doen, heeft dikwijls weinig effect omdat het enige maanden kan duren vooraleer de allergenen verdwenen zijn. Wie geen afstand van het huisdier wil nemen, kan wel de volgende maatregelen nemen:
* Geef het huisdier elke week een bad.
* Vervang tapijt door een vloerbedekking die je makkelijk met water kan reinigen.
* Reinig regelmatig en zorgvuldig de kamers waar het dier vaak vertoeft.
* Weer je huisdier uit de slaapkamer.
Het vermijden van pollen is niet eenvoudig en slechts beperkt mogelijk. Volgende tips kunnen je alvast helpen:
* Laat het gras door iemand anders maaien. Het is wel zo dat een regelmatig gemaaid gazon minder stuifmeel produceert.
* Vermijd buitenactiviteiten gedurende het pollenseizoen (lente, zomer), zeker bij droog en winderig weer. Bekijk daarom regelmatig het weerbericht. Op www.airallergy.be vind je een pollenkalender die aangeeft wanneer de verschillende pollen het meest in de lucht rondvliegen.
* Laat de was tijdens het pollenseizoen niet buiten drogen.
* Houd de vensters dicht, ook tijdens de nacht. Je kan de kamers best verluchten in de voormiddag of tijdens of na een regenbui. Er bevinden zich dan minder pollen in de lucht.
* Houd ook de ramen van de auto gesloten en sluit eventueel een pollenfilter op de airco aan.
* Vergeet niet dat ook huisdieren pollen kunnen ronddragen.
Bij een allergie voor huisschimmels, is vochtbestrijding in de woning de beste maatregel.
Schimmels ontstaan immers als het vocht de ruimte niet kan verlaten. Denk in dit geval ook aan planten binnenshuis: de vochtige aarde in een bloempot vormt steeds een broeihaard voor schimmels.
Wist je dat je ook voorzichtig moet zijn met geneesmiddelen?
Het is welbekend dat acetylsalicylzuur (Aspirine®, Sedergine® en andere) een astmacrisis kan uitlokken. Ook andere geneesmiddelen van deze klasse (de zogenaamde ontstekingsremmers) kunnen gevaarlijk zijn. Als je een nieuw geneesmiddel wil nemen, zelfs een geneesmiddel dat je onschuldig lijkt, vraag je best je apotheker of arts om advies.
Niet-allergische prikkels
Sommige mensen zijn overgevoelig voor niet-allergische prikkels.
Bij deze astmapatiënten kunnen irriterende stoffen in de lucht, zoals rookdeeltjes (sigaretten), stofdeeltjes (smog) of prikkelende geuren (verflucht, lijmgeur, geur van onderhoudsproducten of parfum) een astma-aanval uitlokken.
Wanneer er in huis gerookt wordt, nemen astmaklachten vaak toe. De fijne rookdeeltjes kunnen tot wel acht uur na het roken in huis blijven zweven en de luchtwegen irriteren. Buiten roken is de enige oplossing om rookdeeltjes uit het huis te weren. Als je zelf rookt, is het verstandig om zo snel mogelijk te stoppen. Wil je stoppen met roken maar weet je niet goed hoe? Vraag dan zeker raad aan je dokter of apotheker.
Astma kan ook verergeren bij een luchtweginfectie, zelfs bij een gewone verkoudheid.
Patiënten met ernstige astma laten zich daarom best jaarlijks vaccineren tegen de griep.
Heel wat mensen hebben last van astma na een inspanning.
Typische verschijnselen zijn hoestbuien, kortademigheid en piepen tijdens en in de eerste minuten na de inspanning.
De klachten bereiken vaak hun hoogtepunt na een kwartiertje en zijn meestal binnen het uur weer verdwenen. Dikwijls bestaat de oplossing uit het inhaleren van een luchtwegverwijder, kort voor de inspanning. Sowieso is astma geen reden om niet te sporten.
Tijdens piekperiodes van luchtvervuiling en ozon beperk je best je buitenactiviteiten en doe je er goed aan om intensieve sporten te vermijden.
​
​
​
Zit u ook met vragen over astma of over de door u arts voorgestelde medicatie?
Spreek erover met uw apotheker. Wij kunnen u helpen!
​
​